een goede praatplaat
adaptief vermogen: Binnen de circulaire economie is een van de uitgangspunten om producten zoveel mogelijk te ontwikkelen in de vorm waarin ze lang meegaan en met kleine aanpassingen gebruikt kunnen worden in een nieuwe context. Dit geldt uiteraard ook voor gebouwen. Wanneer een gebouw wordt (her)ontwikkeld is meestal de functie die het gebouw bij oplevering krijgt leidend in het ontwerpproces. Na verloop van tijd zal de vraag naar de functionaliteiten in het gebouw veranderen. Door vernieuwingen zullen voor dezelfde functie andere functionaliteiten vereist worden en naar sommige functies kan de vraag afnemen. Met een aantal ingrepen in het ontwerp kan ervoor worden gezorgd dat het gebouw eenvoudig aanpasbaar is, waardoor het meer voorbereid is op toekomstige aanpassingen. We noemen dit het adaptief vermogen van het gebouw. (DGBC)
Adaptivitief vermogen is het aanpassingsvermogen van een bouwwerk. In het bouwwaardenmodel zijn adaptiviteit (Schmidt) en levensduur (Stewart Brand) sterk verankerd. Daarnaast opereert het bouwwaardenmodel op de hoogste niveau (refuse-rethink-reduce) van het 10-R model. Het heeft daardoor een grote impact op duurzaamheid en circulariteit. Vaak denken we bij adaptiviteit aan ruimtes en functies. Maar ook door gebruik te maken van adaptieve elementen, componenten of knooppunten is veel waarde te realiseren.
Wanneer we circulair ontwerpen dan denken we aan adaptieve componenten die we aan elkaar koppelen door middel van adaptieve knoopunten. Adaptieve componenten die onafhankelijk van andere componenten kunnen worden vervangen of aangepast.
Adaptieve knopen zijn bij de circulair bouwen essentieel omdat deze bepalen hoe snel componenten uit elkaar kan halen maar ook omdat de knopen in tegenstelling tot componenten van “niemand” zijn omdat verschillende producenten bij elkaar komen.
Producenten– of leveranciersverantwoordelijkheid is een belangrijke factor om impact te maken met circulair bouwen. Dit betekend dat de producent organisatorisch verantwoordelijkheid in de keten neemt en zijn componenten gereed maakt voor terugname in zijn keten.
Adaptivitief vermogen is het aanpassingsvermogen van een bouwwerk. In het bouwwaardenmodel zijn adaptiviteit (Schmidt) en levensduur (Stewart Brand) sterk verankerd. Daarnaast opereert het bouwwaardenmodel op de hoogste niveau (refuse-rethink-reduce) van het 10-R model. Het heeft daardoor een grote impact op duurzaamheid en circulariteit. Vaak denken we bij adaptiviteit aan ruimtes en functies. Maar ook door gebruik te maken van adaptieve elementen, componenten of knooppunten is veel waarde te realiseren.
Wanneer we circulair ontwerpen dan denken we aan adaptieve componenten die we aan elkaar koppelen door middel van adaptieve knoopunten. Adaptieve componenten die onafhankelijk van andere componenten kunnen worden vervangen of aangepast.
Adaptieve knopen zijn bij de circulair bouwen essentieel omdat deze bepalen hoe snel componenten uit elkaar kan halen maar ook omdat de knopen in tegenstelling tot componenten van “niemand” zijn omdat verschillende producenten bij elkaar komen.
Producenten– of leveranciersverantwoordelijkheid is een belangrijke factor om impact te maken met circulair bouwen. Dit betekend dat de producent organisatorisch verantwoordelijkheid in de keten neemt en zijn componenten gereed maakt voor terugname in zijn keten.