Bij biobased gaat het om hernieuwbare grondstoffen van organische vorm. Bij biobased bouwen kijken we in eerste instantie naar de natuur waarbij  ‘biomimicry‘ oftewel het reproduceren van natuurlijke structuren, processen en technieken. Dit gaat niet alleen over de grondstoffen of de materialen maar ook over de eigenschappen van materialen die meer doen dan alleen isoleren, construeren of het gebouw wind- en waterdicht te maken of hoe de natuur werkt. Dat betekend dus ook het binnenklimaat verbeteren doordat de materialen bijvoorbeeld fijnstof opnemen, goede accumulerende eigenschappen hebben of de lucht zuiveren.  Als de basis goed is dan is er tijdens levensduur weinig te renoveren of is er minder onderhoud.

Biobased materialen kunnen we onderverdelen in drie categorieën:
1) Materialen die afkomstig zijn uit de natuur zoals hout van bomen, bamboe als gewas of schapenwol;
2) Grondstoffen die boeren telen of restafval van de teelt om bouwmaterialen te maken. Denk hierbij aan biocomposiet,  plaatmateriaal van restafval, stro voor strobalen of hennep voor kalkhennep;
3) En grondstoffen die je laat groeien oftewel mycelium. Dit is een methode die nog sterk in ontwikkeling is en er zijn al positieve testen met schimmels, zwammen en paddenstoelen.

Deze materialen kunnen we circulair inzetten als componenten, "closing de loop" door ze te vermalen en weer dan weer in het zelfde product inzetten of zo toepassen dat ze later eenvoudig weer terug te brengen in de natuur.

Wij proberen dit zo veel mogelijk toe te passen maar leren elke dag weer. In de basis maken wij gebruik van passief bouwen, dampopen schil en verantwoorde biobased materialen.